Een Nederlandse journalist en wielerfanaat geeft een beschrijving van een aantal aspecten die verband houden met de spurt in het wielrennen en over de kwaliteiten en eigenschappen die een goede sprinter moet hebben.
Journalist en fervent wielerfanaat Martin Bons neemt ieder jaar deel aan de Oogbokaal. Deze wielerwedstrijd voor journalisten eindigt meestal op een massasprint. Steevast is hij in de achterste gelederen terug te vinden maar bij de tiende editie is hij vast van plan om het beter te doen. De beschrijving van de laatste kilometers vormt de rode draad doorheen dit boek. Hierbij weidt Martin Bons in 36 hoofdstukken uit over de verschillende aspecten die verband houden met winst of verlies in een spurt. Ook beschrijft hij de kwaliteiten en (karakter)eigenschappen die een goede sprinter moet hebben. Zo komen onder meer het positie kiezen, de trucs, het sprinten met tegenwind, de psychologische oorlogsvoering, het sprintinstinct en de kattensprong aan bod. Telkens grasduint hij in de rijke wielergeschiedenis van de laatste decennia, laat renners aan het woord en haalt voorbeelden en anekdotes aan die alles duidelijk illustreren. Martin Bons sluit dit boeiende boek af met een persoonlijke ranglijst van de 25 beste sprinters ooit, 25 tips om beter te sprinten en een bronnenlijst. Eerder schreef hij 'De kunst van het dalen'* en 'De weg omhoog'**.