Joris Jacobs, oud-sportjournalist van Het Nieuwsblad-Sportwereld, beschrijft hoe de wielersport sinds de jaren '50 van de 20e eeuw is geëvolueerd in België en buurlanden. De auteur kan bogen op zijn rijke ervaring in het 'veld' en tegelijkertijd profiteren van de afstand waarmee hij sinds zijn pensionering de wielersport kan volgen. Het stelt hem in staat een knap sociologisch beeld te schetsen van hoe het populaire wielrennen evolueerde van een strikt individualisme tot een strakke teamsport, hoe de baansport doodbloedde in België, hoe wielrenners van noeste werkers tot mediasterren werden, hoe commercialiteit, internationalisering en doping de sport veranderden etc. Naast die opmerkelijke evoluties belicht Jacobs ook grote kampioenen als Ockers, Coppi en Bartali, Steenbergen, Van Looy, Merckx, Boonen etc. Hij beëindigt zijn boeiende overzicht met de vaststelling dat de levenskracht van de wielersport overeind blijft ondanks de vele problemen van allerlei aard. Sober vormgegeven zonder illustraties.