Nog niet eens zo lang geleden werd in de Nederlandse wielersport hoofdzakelijk op het gevoel en de (onwetenschappelijke) ervaring getraind. De laatste twee decennia is daar veel in veranderd. Wetenschappers, zoals Jos Geijsel en Harm Kuipers, gingen zich met de begeleiding bemoeien en baseerden zich op wetenschappelijk onderzoek. In deze ontwikkeling past ook het boek van de sportpsycholoog en trainer/coach Marco van Bon (1968). Zijn overzichtelijke trainingshandleiding behandelt de verschillende aspecten van de wielrentraining (theorie, fysiologie, methoden, krachttraining, voeding, etc.). De technisch-wetenschappelijke tekst wordt begeleid door vele tabellen, grafieken en foto's en is met name bedoeld voor de gevorderde trainer/begeleider. Van Bons boek wordt inhoudelijk geflankeerd door enerzijds de meer praktische leidraad van Harm Kuipers ('Wielrennen'*) en anderzijds het zeer omvangrijke handboek van Cees Vermunt ('Moderne training voor wielrenners'**). Met literatuurlijst en register.