Geraardsbergen, vijftien dagen voor de Ronde 2008. Terwijl Fabian Cancellara ruim 1.200 kilometer verder onder een lentezonnetje Milaan-San Remo op zijn palmares schrijft, bereidt Devolder zich op Vlaamse wegen en in barre weersomstandigheden voor op zijn droomkoers. Hij doet dat met zijn ploegleider bij Quick-Step, eveneens zijn mentor, Dirk Demol. Door het slechte weer wordt er beslist om de Muur niet op te rijden. Sterker nog. Volderke moet van Demol in de auto stappen richting Sint-Lodewijk, een gehucht van Deerlijk, waar de West-Vlaming woont. Maar Devolder weet wat hem twee weken later te wachten staat en dat hij kilometers moet malen. Hij rijdt dan maar achter de wagen richting Sint-Lodewijk. Een schoolvoorbeeld van ‘de werker’ in de West-Vlaming en de gedrevenheid om zijn jongensdroom na te jagen. “Als ik naar iets toeleefde, had ik graag het gevoel dat alles tot in de puntjes was voorbereid”, aldus Devolder meer dan een decennium later.
Koksijde, april 2008, vier dagen voor de Ronde. De tweede rit van de Driedaagse De Panne-Koksijde brengt het peloton in 228 kilometer van Zottegem naar Koksijde. Mark Cavendish wint de sprint. Devolder eindigt 60ste, al is dat slechts een voetnoot. Tot ongenoegen van soigneur Johan Molly eet Volderke die avond kabeljauw. Na een koers van meer dan 200 kilometer is dat volgens Molly, later de ontdekker van Julian Alaphilippe, niet de meest geschikte voeding voor een renner. Tot de soigneur beseft dat de kabeljauw is klaargemaakt door Stéphane Buyens, tweesterrenchef van Hostellerie Le Fox in De Panne. Buyens vertelt Devolder dat hij de Ronde zal winnen, als hij kabeljauw eet. De rest is geschiedenis. Een jaar later eet de West-Vlaming opnieuw kabeljauw tijdens de Driedaagse De Panne-Koksijde. Ook dan zegeviert hij in Vlaanderens Mooiste.
6 april 2008, dé dag van de Ronde. Het is koud in startplaats Brugge. De regen druppelt op het Belfort. Als de verpersoonlijking van een echte Flandrien is Devolder daar niet rouwig om. Een harde koers speelt namelijk in het voordeel van de Belgische kampioen. In het eerste wedstrijddeel wisselt de regen zelfs af met sneeuw. Op 40 kilometer van de streep glipt Devolder weg uit een elitegroepje. De West-Vlaming krijgt het gezelschap van Hincapie, Kroon, Ballan en Langeveld. De samenwerking tussen de koplopers is niet top en aan de voet van de Eikenmolen, op 26 kilometer van Meerbeke, lijkt een totale hergroepering er aan te komen. Al is dat buiten Devolder gerekend. Stijn ontbindt zijn duivels en heeft in een mum van tijd een voorsprong van een twintigtal seconden. Mede dankzij het uitstekende afstoppingswerk van ploegmaat, kopman en topfavoriet Tom Boonen.
Devolder houdt stand op de Muur. Op de Bosberg, de laatste helling van de dag, komt Langeveld akelig dicht. Devolder kraakt, maar breekt niet. Op weg naar Meerbeke vraagt hij voortdurend naar zijn voorsprong aan de motards. Even daarvoor heeft de West-Vlaming zijn oortje uitgetrokken, omdat het plakkertje was losgekomen. Dat zorgde later voor heel wat controverse. Zo werd er gezegd dat Devolder geen instructies meer wilde opvolgen en niet wilde wachten op kopman Boonen. “Vooral in de media is die oortjeskwestie haar eigen leventje beginnen leiden. Binnen de ploeg is daar nooit met een woord over gerept. Mensen vinden blijkbaar graag zaken uit die ze beter weten dan de renners zelf”, blikt Devolder terug. Uiteindelijk houdt Volderke aan de streep vijftien seconden over op het duo Nuyens-Flecha. In de Belgische driekleur zegeviert de West-Vlaming op de Halsesteenweg.
5 april 2009, dé dag van de Ronde. In tegenstelling tot een jaar eerder, straalt de zon. De temperaturen zijn aangenaam, van Flandrien-weer is geen sprake. Toch is er één terugkerende factor: een exploot van Stijn Devolder. Op een kolkende Muur van Geraardsbergen scheurt hij zich met een machtsontplooiing los van zijn medekoplopers. Die luisteren naar de namen: Chavanel, Quinziato en Van Hecke. Het drietal is niet bij machte om Devolder te volgen, laat staan bij te benen. Ploegleider Wilfried Peeters stuwt zijn poulain nog een laatste keer vooruit richting Meerbeke. Daar schrijft Devolder wielergeschiedenis. Hij volgt zichzelf op als winnaar van Vlaanderens Mooiste. Slechts vijf renners gaan de West-Vlaming vooraf in het roemrijke verleden van de Ronde: Romain Gijssels (1931/1932), Achiel Buysse (1940/1949), Fiorenzo Magni (1949/1950/1951), Eric Leman (1972/1973) en Tom Boonen (2005/2006). In dat rijtje zou later nog Fabian Cancellara bijkomen (2013/2014).
Misschien nog mooier dan zijn overwinning, is het zegegebaar dat Devolder maakt aan de finish in 2009. Wijzend naar de hemel brengt hij hulde aan Frederiek Nolf. Op 5 februari 2009, exact twee maanden voor de Ronde, overleed de renner in zijn slaap. Devolder was een goede vriend. “Dat gebaar kwam recht uit het hart. Frederiek was de eerste van enkele vrienden, die ik heb moeten achterlaten. In 2011 overleed Wouter Weylandt na een zware val in de Giro en in 2018 verloor ik Michael Goolaerts na een hartstilstand in Parijs-Roubaix. Dat waren de donkerste periodes uit mijn carrière.”
Na zijn tweede opeenvolgende zege blijft Volderke maar een kwartier in het supporterslokaal. Hij vindt het er te druk en beslist om met vrouwlief Tamara frietjes te gaan eten. Een treffend voorbeeld van de familieman in Stijn Devolder. “Dat was een moment dat ik alles eens kon laten bezinken. Vlak na de wedstrijd heb je geen tijd om stil te staan bij wat je net gerealiseerd hebt. Je wordt van her naar der gesleurd. De tijd die ik dan kon doorbrengen met Tamara zorgde voor rust.” Ook na zijn triomf op 6 april 2008 ging de aandacht meteen naar zijn vrouw Tamara. Na de Ronde wachtte hij moederziel alleen op zijn partner in het hotel. “Tamara was heel belangrijk in mijn carrière. Ze heeft alles van dichtbij beleefd. Als ‘coureur’ ben je dag en nacht bezig met je vak en dan is het cruciaal dat je iemand rond je hebt die daarin meeleeft.”
Stijn Devolder is nog steeds fier op zijn overwinningen, maar ermee uitpakken? Nee, dat past niet bij het karakter van Volderke. De minzame West-Vlaming vertoeft liever in de schaduw.
Doorgedreven historisch onderzoek kan een kick geven. Zeker als je een citaat vindt dat decennia van historiografische verheerlijking van Karel van...