Ronde van Frankrijk
kortverhaal
retro

Sylveer Maes. Van een tweede tourzege naar... soldatenuniform

10min leestijd   door Patrick Cornillie op 10 januari 2023
Draai de klok meer dan tachtig jaar terug en je bent in de tijd van Hitler, Franco, Mussolini. Niet bepaald de meest vredelievende mannen. De politieke spanningen in Europa laten zich ook in de wielersport in het algemeen en in de Ronde van Frankrijk in het bijzonder gevoelen. Het is een periode waarin nationale ploegen elkaar beconcurreren en in de editie van 1939 is er een hoofdrol weggelegd voor de Belg Sylveer Maes.

In 1939 wordt de Tour nog altijd met landenploegen verreden. Maar het is duidelijk: dit wordt geen editie zoals de voorafgaande jaren. Duitsland, Spanje en Italië - met Gino Bartali, de glorierijke winnaar van 1938 - zijn niet welkom! Het dreigt bijgevolg een mager pelotonnetje te worden. Om aan voldoende deelnemers te komen, introduceren Henri Desgrange en zijn assistent Jacques Goddet dan maar vier regionale ploegen: Nord Est-Ile de France, Ouest, Sud-Ouest en Sud-Est die, net als de nationale teams, elk acht renners mogen afvaardigen.

Ook België profiteert van de afwezigheid van de fascistische landen: het mag een A- én een B-ploeg afvaardigen. Kleinere wielerlanden als Luxemburg, Nederland en Zwitserland kunnen evenzeer met acht coureurs starten. Dat maakt dat er in de Parijse randgemeente Le Vésinet tien ploegen of in totaal tachtig renners aan de start staan.

In 1939 mag de Belgische Wielrijdersbond liefst zestien renners naar de Tour afvaardigen. Een ongekende luxe die ervoor zorgt dat er rond de selectie weinig of geen (communautaire) discussies zijn - iets wat in het verleden wel eens anders was. Weliswaar moeten de geselecteerden nog verdeeld worden in twee teams van acht.

De A-ploeg zal volledig in functie van Sylveer Maes rijden. Hij kan rekenen op de hulp van Félicien Vervaecke, Ward Vissers, Marcel Kint, Lucien Storme, Albert Hendrickx, François Neuville en Romain Maes. België B is een ploeg van vrijbuiters en bestaat uit Albertin Disseaux, Jules Lowie, Lucien Vlaemynck, Albert Ritselveldt, Eloi Meulenberg, Cyriel Vanoverberghe, Albert Perikel en Edmond De Lathouwer. Opmerkelijk is dat uitgerekend dat B-team het ploegenklassement zal winnen. Met Vlaemynck, Disseaux, Ritserveldt en Vanoverberghe hebben ze liefst vier renners die in de top tien eindigen.

Hoe dan ook, de afwezigheid van Spanjaarden en Italianen zal op het verloop van deze Tour zwaar zijn stempel drukken. Met de broers van Schendel en de broers Clemens hebben Nederland en Luxemburg dan wel goeie renners in huis, maar kenners verwachten dat het de komende drie weken gewoon een veredelde Franco-Belge wordt. Sylveer Maes, in 1936 al Tourwinnaar, is de grote favoriet. De twee laatste Franse winnaars Antonin Magne en Roger Lapébie zijn er niet meer bij, Les Blues richten al hun hoop op Sylvain Marcaillou.

Overigens heeft de Tourdirectie nog maar eens een aantal nouveautés bedacht. Zo staat er voor het eerst in de geschiedenis een klimtijdrit op het programma. Zowel aan de aankomst als op de cols zijn weer bonificaties te verdienen en nieuw is ook dat vanaf de tweede dag de laatste in het klassement telkens naar huis wordt gestuurd, zodat de Tour tegelijk een soort afvallingskoers wordt.

"Ik en niemand anders"

De Tour begint goed voor de Belgen. Dankzij Romain Maes, Lucien Storme en wereldkampioen Marcel Kint pakken ze de eerste week al drie ritzeges. Maar aan de voet van de Pyreneeën is het zo'n Franse régional, René Vietto, die tot in het geel rijdt. De negende rit brengt de karavaan van Pau naar Toulouse, de Belgen zijn erop gebrand die dag een slag te slaan. Maar het is integendeel Vietto die op de Aubisque de vlam in de pan jaagt.

De zieke Vervaecke, Meulenberg, Storme en De Lathouwer moeten er onverbiddelijk af en geven op. Romain Maes, de Tourwinnaar van 1935, is enkele dagen eerder zwaar ten val gekomen, sleept zich zo goed en zo kwaad als het gaat over de cols, maar verliest zoveel tijd dat hij in de tussenstand op de laatste plaats belandt. Het nieuwe reglement is onverbiddelijk: Romain krijgt die avond te horen dat hij uitgesloten wordt.

Intussen trekken de elf overige Belgen allesbehalve aan eenzelfde zeel. Ward Vissers is buitengewoon op dreef en rijdt op de Tourmalet iedereen uit het wiel, wat het begin van een solovlucht van meer dan tweehonderd kilometer betekent. Sylveer Maes wordt, zeer tegen zijn zin, in een passieve rol gedrukt. Wat als de Antwerpenaar het geel pakt? Zal die dan niet meteen ook het kopmanschap opeisen? Sportdirecteur Karel Van Wijnendaele komt naast Maes rijden en maakt duidelijk dat hij in geen geval achter Vissers mag jagen. "Dat was zijn oordeel, maar niet het mijne", blikt Sylveer later op die fameuze rit terug.

Als Vissers' voorsprong opgelopen is tot negen minuten, beseft Maes dat zijn grootste tegenstander in eigen kamp zit en lapt hij alle instructies aan zijn laars. Samen met Kint en Ritselveldt zet hij een helse achtervolging op gang. Bij de aankomst in Toulouse heeft Vissers uiteindelijk maar vier minuten voorsprong meer over. Vietto volgt in het zog van de Belgen en lacht in zijn vuistje. Zijn gele trui hing aan een zijden draadje, maar Sylveer Maes zette voor hem de zaken weer recht.

Lepe Peer

Dat het er die avond binnen de Belgische delegatie luid aan toe gaat, mag niet verbazen. Vissers voelt zich bekocht door zijn eigen ploegmaats en beschuldigt Maes er openlijk van in de kaart van Vietto te hebben gespeeld. Maar Sylveer staat nog altijd beter geklasseerd dan Vissers, waardoor hij verder het kopmanschap kan opeisen. Hij klopt op tafel en zegt, aan al wie het horen wil, dat hij en niemand anders de Tour zal winnen. Ploegleider Van Wijnendaele staat erbij en kijkt ernaar. Ter compensatie roept hij Ward Vissers uit als 'reservekopman'.

Op weg naar Monaco slaagt Sylveer Maes erin al anderhalve minuut op de geletruidrager in te lopen. 's Anderendaags moeten ze de Col de Braus over. "Het kleinste kind kon zien dat Vietto niet vooruitging. Karel Van Wijnendaele kwam naast mij rijden en zei: 'Sylveer, als ge wilt, kunt ge nu de gele trui veroveren.' Hij keek heel verbaasd op toen ik hem antwoordde: 'Dat weet ik, maar ik doe het niet!'"

Sylveer, als ge wilt, kunt ge nu de gele trui veroveren.
Karel Van Wijnendaele

Vietto, ooit piccolo in het casino van Cannes, rijdt door zijn eigen streek en Maes is de incidenten in de Tour van 1937, toen hij als geletruidrager werd belaagd door chauvinistische supporters, niet vergeten. Het lijkt hem verstandiger de aanhangers van Vietto niet te provoceren en hem nog enkele dagen in het geel te laten rijden. Op die manier verplicht hij de Fransman om de koers langer te controleren en dat kost krachten - niet voor niets is de bijnaam van Sylveer Maes 'Lepe Peer'. "Geduldig moest ik op mijn ogenblik wachten, een ogenblik dat ik bepaald had in de etappe naar Briançon, een harde en lange rit, met heel wat bergen."

Na de rustdag in Digne is voor Sylveer Maes het grote moment aangebroken. Hij moet en zal Vietto in de vernieling rijden. Op de Col d’Arravis en de Vars gaat hij er samen met Ritserveldt en Vissers meteen stevig tegenaan, de man in het geel zit op zijn tandvlees. "Tot tweemaal toe werd hij gelost, maar telkens lieten wij hem bijkomen. Hij liet zich in dat spelletje vangen. Feitelijk speelde ik wat met vuur maar ik wilde Vietto de genadeslag toebrengen, een verschil bewerken dat waarlijk definitief was. En ik had goed gerekend."

Machinist aan de stoomketel

Als de renners aan de Izoard beginnen, gaat Maes andermaal aan de haal. Vietto moet er onverbiddelijk af, de tol van tien dagen geel. De Gistelnaar komt in Briançon aan met 3'23" voorsprong op de Fransman Pierre Gallien, 6'26" op diens landgenoot Dante Gianello en 8'37" op de Luxemburger Pierre Clemens. Vissers bekoopt de inspanningen die hij leverde in de Pyreneeën en eindigt op 12'05", Vietto verliest 17'01". Maes pakt dus niet alleen de ritzege, maar ook het geel en haalt zo zijn gelijk met betrekking tot de concurrentie in eigen ploeg. "Het bewijst dat hij redeneert en dat er aan de stoomketel een machinist staat'', zo typeert Karel Van Wijnendaele zijn poulain.

's Anderendaags geeft Maes zijn naaste belagers de definitieve genadeslag. Na een ochtendrit van 126 kilometer krijgen de renners de allereerste klimtijdrit in de Tourgeschiedenis voorgeschoteld. Als tweede in de stand start Vietto in de tijdrit van 63 kilometer tien minuten voor de geletruidrager. Op de Iseran, met 2770 meter het 'dak' van deze Tour, demonstreert Maes andermaal hoe snel hij een berg op kan. Hij slaagt er zowaar in om Vietto in te lopen! De Tour is definitief beslist, want de voorsprong van de West-Vlaming is inmiddels opgelopen tot een half uur. In Gistel breekt andermaal een 'epidemie van geelzucht' uit.

Alle hoofdprijzen in Parijs gaan naar de Belgen. Sylveer Maes mag na de editie van 1936 nu ook deze van 1939 op zijn naam schrijven. De Gistelnaar wint bovendien ook het bergklassement. Ontegensprekelijk behoort hij tot de grootste klimmers van het interbellum. Als kers op de taart pakt Marcel Kint de laatste halve etappe. In het Parijse Prinsenpark is hij sneller dan Sylveer Maes en Maurice Archambaud.

Na de Ronde van Frankrijk versiert Sylveer Maes een twintigtal contracten voor criteriums en baanmeetings. Gistel huldigt zijn Tourwinnaar op maandag 21 augustus met een stoet, ontvangst op het gemeentehuis en een vuurwerkspektakel. Terwijl Gistel uit de bol gaat, nemen de spanningen in Europa alsmaar toe. Het is overduidelijk dat nazi-Duitsland een conflict aan het uitlokken is met Polen. Tien dagen later, op 1 september, komt het tot een daadwerkelijke inval.

Een grootse prestatie?

De Tour van 1939 mag dan afgedaan worden als een dunbezette editie waarin Sylveer Maes uiteindelijk niet zoveel tegenstand ondervond, toch doet dat niets af van zijn prestatie. Hij heeft de drie weken rondgemaakt aan een gemiddelde snelheid van 31,968 km per uur. Daarmee doet hij hoe dan ook beter dan Gino Bartali een jaar eerder (31,565 km per uur) en Roger Lapébie in 1937 (31,768 km per uur).

Toen Maes in 1936 de Tour won - op een fiets zonder versnellingen - bedroeg zijn gemiddelde 31,108 km per uur. Ter vergelijking: Odiel Defraeye, in 1912 de eerste Belgische Tourwinnaar, haalde een gemiddelde van 27,763 km per uur. De allereerste Tour, in 1903, werd door winnaar Maurice Garin verreden aan 25,679 km per uur.

Het Pakje van de Soldaat

België besluit zijn leger te mobiliseren. Zeshonderdduizend mannen - of liefst acht procent van de bevolking - worden onder de wapens geroepen. Van de contracten die Maes versierde, moet hij er enkele laten schieten, want ook de Tourwinnaar moet zich dezelfde maand nog melden in Oostende, bij het 33ste Linieregiment.

België gaat een bijzonder strenge winter tegemoet en er ontstaan allerlei initiatieven om het leven 'te velde' enigszins 'aangenaam' te maken. De regering bedenkt het liefdadigheidswerk van het 'Pakje van de Soldaat' ─ gemobiliseerde soldaten kregen een pakketje met sigaretten of levensmiddelen opgestuurd ─ en Sylveer Maes wordt gevraagd om zijn medewerking te verlenen aan sportavonden voor de gemobiliseerden, samen met onder andere Karel Van Wijnendaele, Karel Kaers, Marcel Kint, Jean Aerts, Georges Ronsse, de bokser Gustaaf Roth en voetballer Raymond Braine.

In februari en maart 1940 krijgt Sylveer Maes van zijn oversten nog de toestemming om, samen met Romain Maes, aan de zesdaagsen van Antwerpen en Brussel deel te nemen - overigens de enige zesdaagsen die dat jaar in Europa zullen worden verreden. Want daarna is het menens. In de vroege ochtend van 10 mei glijden zweefvliegtuigen boven het zogezegd 'nooit en door niemand in te nemen' Fort van Eben-Emael, dat in een wip en een gauw wordt ingenomen door het speciaal daarvoor getrainde korps van Duitse parachutisten.

Het 33ste Linieregiment, met Sylveer Maes, bevindt zich op dat moment in Brasschaat, waar het de forten en de pas aangelegde antitankgracht rond Antwerpen moet bewaken. Maar tegen de Duitse opmars is weinig te doen en op 17 mei trekt het infanteriekorps zich terug in de buurt van Sint-Niklaas. Vervolgens verschanst het zich twee dagen achter het kanaal Gent-Terneuzen en is Sylveer voor het eerst bij 'echte' gevechten betrokken. Het blijft westwaarts, zeg maar 'in achteruit' gaan voor de Belgen. Op 23 mei strijdt het 33ste Linieregiment aan het Schipdonkkanaal en lijdt het in de buurt van Balgerhoeke zware verliezen. De perikelen van soldaat Maes eindigen op 28 mei in Westkerke.

Het dorpje ligt nog geen vijf kilometer van Gistel, maar net als de overgebleven manschappen van zijn regiment wordt Sylveer door de Duitsers krijgsgevangen genomen. Op bevel van de koning staakt het hele Belgische leger diezelfde ochtend het vuren. De Tourwinnaar heeft geluk: de Belgische soldaten die in de buurt wonen, mogen naar huis. De overige worden naar Duitsland gedeporteerd. Het zal duren tot 1947 vooraleer een volgende editie van de Ronde van Frankrijk wordt verreden... en tot 1969 vooraleer er, met Eddy Merckx, opnieuw een Belg de Tour wint.

Dit artikel verscheen eerder in Etappe #07 (2019).

Het zevende nummer van Etappe kleurt helemaal geel. Naast de eerste eindzege van Merckx in de Tour van ’69 staat de band tussen het Belgisch wielrennen en de Tour in Etappe #07 centraal, net als het 100-jarig bestaan van de gele trui. Ontdek onder meer de verhalen over de roots van de natourcriteriums, het befaamde Tourkrantje van Het Volk en de West-Vlaamse connectie van Greg LeMond.

Zin in meer Tour de France-verhalen? Haast je naar onze shop!

KOERSshop

Sylvère Maes

Silvère Maes (Zevekote, 27 augustus 1909 – Oostende, 5 december 1966) was een Belgisch wielrenner, actief als prof van 1933 tot 1948. Zijn bijnaam was Lepe Peer, omdat hij slim reed. In zijn debuutjaar won hij Parijs-Roubaix en de voorloper van het wereldkampioenschap veldrijden, het Internationaal Veldritcriterium. Hij won tweemaal de Ronde van Frankrijk, in 1936 en 1939 (daarna was het wachten tot Eddy Merckx als volgende Belg in 1969 de Ronde van Frankrijk won). In het bergklassement van de Ronde eindigde hij ook enkele malen hoog: in 1939 werd hij ook daarin de eindwinnaar. In de Tour van 1937 stapte de gehele Belgische ploeg na talrijke schandalen geïnspireerd door het Franse chauvinisme af, waardoor Maes een mogelijke tweede opeenvolgende Tourzege aan zijn neus voorbij zag gaan. Na de Tweede Wereldoorlog verscheen hij nog even aan het wielerfront met een vijfde plaats in de Giro van 1947. Tussen 1949 en 1957 was Sylvère Maes ploegleider van de Belgische ploeg in de Tour. Sylvère Maes overleed eind 1966 op 57-jarige leeftijd. Zijn graf bevindt zich op de begraafplaats Warande te Gistel.
serviceKoers

Uw browser voldoet niet aan de minimale vereisten om deze website te bekijken. Onderstaande browsers zijn compatibel. Mocht je geen van deze browsers hebben, klik dan op het icoontje om de gewenste browser te downloaden.