De Ronde van Italië, beter bekend als de Giro d’Italia, ging in 1909 voor het eerst door. De Giro was het antwoord op de populaire Franse rittenwedstrijd ‘Tour de France’ die in 1903 van start ging. Op 13 mei 1909 gaan 127 renners van start in de eerste Giro, bijna allemaal Italianen. Luigi Ganna won de eerste editie. Drijvende kracht achter deze rittenwedstrijd was de Gazetta dello Sport.
Tussen 1915 en 1918 wordt de Giro door de Eerste Wereldoorlog niet verreden. Carlo Oriani, winnaar van de Giro in 1913, vecht tijdens die oorlog bij de bersaglieri, de Italiaanse elitetroepen. De Bersaglieri maken gebruik van speciale militaire fietsen, gemaakt door nationale trots Bianchi. Oriani overleeft de oorlog niet, strijdmakker Ottavio Bottechia ontdekt als soldaat zijn capaciteiten als renner en breidt daar een vervolg aan na 1918. Bianchi lanceert rond 1923 een opvolger voor haar eerste lichting militaire fietsen.
Vanaf de jaren dertig verschijnen met mondjesmaat meer buitenlandse renners aan de start van de Giro. Eén van hen is de Belg Jef Demuysere. Demuysere presteert erg sterk in Italië. In 1932 en 1933 eindigt hij op de tweede plaats in de Ronde van Italië. Twee jaar later wint hij Milaan - San Remo. Demuysere kreeg in 2007 een standbeeld en een straatnaam in zijn thuisstad Wervik.
Anno 1947 start Lucien Vlaemynck samen met landgenoten Sylvère Maes en Roger Desmet in de Giro. De drie Belgen zijn gelegenheidsrenners bij de Italiaanse Olmo-ploeg. Op 2 juni 1947 schrijft Lucien vanuit Napoli deze brief aan zijn vrouw: "Liefste Palma, eindelijk ben ik aan het schrijven geraakt. Te veel heb ik te zeggen om het op dit kleine stukje papier te zetten..." Door pech moet Lucien op 100 km van de finish in de allerlaatste etappe opgeven.
Wie Giro zegt, denkt meteen aan de Italiaanse grootheden Alfredo Binda, Gino Bartali en Fausto Coppi. Deze drie heren domineerden elk in hun tijd de Ronde van Italië. Binda won tussen 1925 en 1933 vijf edities. Bartali pakte driemaal de eindzege tussen 1936 en 1946. Fausto 'Il Campionissimo' Coppi evenaarde Binda en won tussen 1940 en 1953 vijf keer de Giro.
Op het palmares van de Giro is de Luxemburger Charly Gaul een opvallende naam. In een tijd waarin de Giro nog volop door de Italianen wordt overheerst, wint hij de edities van 1956 en 1959. Gaul schrijft in 1956 geschiedenis tijdens de etappe met passage over de Monte Bondone. In ijzige weersomstandigheden rekent Charly af met de tegenstand. De 'Engel van het Hooggebergte' wint de etappe met meer dan 10 minuten voorsprong en legt zo de basis voor zijn eerste eindzege.
In 1968 wint voor het eerst een Belg de Giro. Zijn naam: Eddy Merckx. Merckx imponeert tijdens de beklimming van de Tri Cime di Lavaredo. De Brusselaar start met tien minuten achterstand aan deze slotklim maar wint toch nog in erg barre weersomstandigheden de etappe. Eddy wint uiteindelijk vijf keer de Ronde van Italië en komt daarmee op gelijke hoogte van Alfredo Binda en Fausto Coppi.
De Spaanse renner José Manuel Fuente was een klimmer pur sang. Fuente ofte El Tarangu wint tussen 1971 en 1974 viermaal op rij het bergklassement in de Giro. Deze trofee dateert van 1973.
In het post-Merckxtijdperk was nieuw Belgisch succes in de Giro al snel aan de orde. In de editie van 1977 overheerste de Belgische Flandriaploeg van begin tot eind. Freddy Maertens wint maar liefst 7 ritten, maar het was uiteindelijk ploeggenoot Michel Pollentier die de eindoverwinning op zijn naam mocht schrijven. Een jaar later zegeviert met Johan De Muycnk alweer een Belg. De Muynck is tot op vandaag de laatste Belgische Girowinnaar.
Roberto Visentini kruiste tijdens zijn carrière meermaals de degens met Guisepp Saronni. Tijdens de Giro van 1986 toont Visentini zich de meerdere van Saronni. Helaas voor hem blijft het bij die ene eindzege, terwijl rivaal Saronni twee keer zijn naam op de erelijst wist te schrijven.
De Giro Rosa is de naam van de vrouwelijke editie van de Ronde van Italië. Een eerste editie wordt al in 1988 verreden en gewonnen door de Italiaanse Maria Canins. Deze puntentrui dateert van 1996 en behoorde toe aan de Duitse Regina Sleicher.
In 1996 viert de Italiaanse sportkrant Gazetta dello Sport haar 100ste verjaardag. Om die heuglijke gebeurtenis te vieren, publiceert de krant een huldeboek met daarin 100 opvallende covers. Uiteraard ontbreekt de Giro niet in het boek vol roze gekleurde covers.
Het officiële roadbook van de Giro d'Italia staat al jaar en dag bekend als Il Garibaldi. Deze turf van om en bij de 400 pagina's is een bijzonder handig naslagwerk voor renners én commentatoren. En die naam op de cover? Die verwijst naar Guiseppe Garibaldi (1807-1882), een generaal/politicus die een heel belangrijke rol speelde in de Italiaanse eenmakingsstrijd in de 19de eeuw.
Tijdens de 100ste editie van de Giro beleeft de Duitse spurtbom André Greipel een uniek moment. In de tweede etappe verschalkt hij het hele peloton en pakt de zege. Als toetje krijgt hij ook nog eens de roze leiderstrui overhandigd. Op het podium viert 'de Gorilla' zijn dubbelslag met deze fles spumante.
Van een toptransfer gesproken. In 2019 maakt de Italiaan Giulio Ciccone de overstap naar TREK-Segafredo. Ciccone imponeert meteen tijdens de Giro dat jaar: hij wint een etappe en pakt de eindzege in het bergklassement. Dat de Italianen zorg dragen voor hun helden, blijkt uit deze fijn afgewerkte leiderstrui van Ciccone. Op de binnenkant van de col staat: "baste un secondo per entrare nella storia" of "het duurt maar een seconde om onze geschiedenis binnen te stappen".
Uw browser voldoet niet aan de minimale vereisten om deze website te bekijken. Onderstaande browsers zijn compatibel. Mocht je geen van deze browsers hebben, klik dan op het icoontje om de gewenste browser te downloaden.