reportage
KOERSbus

Elsy Jacobs, Nicolas Frantz en Ten Huize Planckaert

4min leestijd   door Dries De Zaeytijd op 19 juli 2021
De tweede buitenlandse halte – na het Nederlandse Valkenburg – staat in het teken van Elsy Jacobs, die in 1958 het allereerste WK voor vrouwen won. Als eerbetoon aan deze pionierster houdt KOERSbus halt in het Luxemburgse Garnich, op een boogscheut van de Belgische grens. Burgemeester Georges Fohl ontvangt ons persoonlijk in de plaatselijke sporthal, die de naam Elsy Jacobs draagt.

Garnich

Bij aankomst laat de burgemeester ons een sneltest afnemen. Die blijkt gelukkig voor de KOERSbuscrew negatief. Waarom we een covidtest moeten ondergaan, wordt al snel duidelijk. Georges neemt ons mee naar het 5 kilometer verderop gelegen dorp Mamer. Daar bevindt zich namelijk het huis van Nicolas Frantz, Tourwinnaar in 1927 en 1928.

Voor we de schatkamer van tweevoudig Tourwinnaar Nic. Frantz kunnen bezoeken, leggen we op vraag van burgemeester Georges Fohl een negatieve sneltest af.

Schatkamer

Kleindochter Joëlle Letsch en kleinzoon Ralph staan ons buiten op te wachten. Boven hun hoofd prijkt aan de gevel in grote letters het opschrift ‘Nic. Frantz’. In de woonkamer schetst kleinzoon Ralph kort het leven van zijn grootvader. Dat hij ook een voorliefde had voor voetbal, maar toch begon met koersen van zodra hij zelf een fiets kon kopen. Over zijn debuut als renner – hij nam deel aan een “kermesse” en won meteen, over zijn eerste zeges in 1920 tot zijn opleiding als (fiets)mecanicien. De man is gepassioneerd door het leven van zijn grootvader en houdt samen met zijn zus de herinnering en de erfenis levendig.


Aanpalend aan de woonkamer bevindt zich de voormalige werkplaats van de fietsenzaak van Frantz. Daar is niet meer en niet minder dan een heuse schatkamer ondergebracht. Netjes ingekaderd aan de muur hangen stuk voor stuk unieke en authentieke memorabilia: een gele trui uit de Tour van 1929, een nationale kampioenentrui van Luxemburg, erediploma’s, medailles, affiches, foto’s,… we zijn even uit ons lood geslagen. Intussen diepen broer en zus verschillende anekdotes over hun grootvader op. Joëlle: “Nog voor hij prof werd, won mijn grootvader de Ronde van België. Hij was ook verschillende etappes leider. Daarom moest hij rondfietsen met een eresjaal over zijn borst. Zo was de leider herkenbaar. Maar het was slecht weer en die sjaal hing in de weg en slorpte net als zijn trui heel wat water op, zodat hij bijkomend gewicht met zich meesleurde. Dat verhaal herinner ik me nog goed, hij heeft het vaak verteld.”

Hall Sportif

Ook de vader van Ralph en Joëlle had sportieve genen. Léon treedt niet in de voetsporen van zijn vader, maar wordt voetballer. Frantz junior schopt het tot international bij de nationale voetbalploeg van Luxemburg en neemt in die hoedanigheid deel aan de Spelen van 1948 en 1952. Ook van vader Léon zijn in het huis nog heel wat souvenirs te vinden. Een uitgebreide rondleiding zit er echter niet in, daarvoor is onze tijd op Luxemburgse bodem te kort. Terug naar de ‘Hall Sport Elsy Jacobs’. In de entree bevinden zich enkele fraaie souvenirs van Elsy: een originele WK-trui, een nationale kampioenentrui – identiek aan het exemplaar dat zich in KOERSbus bevindt – met regenboogbandjes aan de mouwen; de fiets waarmee ze het werelduurrecord in 1958 verbrak en enkele licenties. Diverse foto’s geven een beeld van Jacobs als renster. “Elsy had vier koersende broers. Niet verwonderlijk dus dat zij ook wilde koersen. Drie van de vier broers werden ook profrenner. Een van hen, Edmond Jacobs, ging zelfs van start in de Tour van 1956, maar moest na een val noodgedwongen opgeven na de eerste etappe,” vertelt Nico Heirens die mee instaat voor de organisatie van de jaarlijkse GP Elsy Jacobs. Deze meerdaagse rittenkoers begon in 2001 als cyclosportieve, maar groeide in 2008 uit tot een heuse wedstrijd en telt intussen al heel wat grote namen op de erelijst. Nico: “Marianne Vos, Anna van der Breggen,… ze komen hier elk jaar graag koersen.” En daarmee houden de toppers van nu de herinneringen aan die topper van toen mee in leven.

Ten huize Planckaert

In de vooravond zijn we te gast in de vierkantshoeve van de familie Planckaert in Tellin. Pater familias Eddy gaf te kennen dat KOERSbus erg welkom was én dat de doorgang aan de buitenpoort net voldoende breed was voor de bus, wat we proefondervindelijk hebben vastgesteld. Het WK-verleden van Eddy is beperkt: slechts één deelname (Ronse 1988) staat er op zijn overigens erg rijke palmares. Die erelijst weerspiegelt zich in de namen van de gastenkamers – Ronde van Vlaanderen, E3 Harelbeke, Omloop Het Volk,… - en in enkele truien, trofeeën en foto’s die te zien zijn in de hoeve. KOERS werkt overigens ook samen met de familie Planckaert in het kader van de tijdelijke trouwzaal in de Zaal der Wereldkampioenen van het museum. Daar komt binnenkort een Planckaert-tafel te staan. Leuk toeval: Alfred, schrijnwerker en conciërge van de hoeve, is de avond van ons verblijf aanwezig en blijkt aan de tafel te hebben gewerkt!

De gasten van de vierkantshoeve krijgen de kans KOERSbus te bezoeken en het valt op dat we te maken hebben met een een wielerminnend publiek. De gemiddelde duur van een bezoek ligt hier een stuk hoger dan we gewoon zijn. 'We komen naar Roeselare,' beloven ze ons in koor :-)

serviceKoers

Uw browser voldoet niet aan de minimale vereisten om deze website te bekijken. Onderstaande browsers zijn compatibel. Mocht je geen van deze browsers hebben, klik dan op het icoontje om de gewenste browser te downloaden.