2min leestijd   door Yvonne Reynders op 26 juni 2021
Mijn koerscarrière is begonnen als een uit de hand gelopen grap. In de krant stond er op een dag een aankondiging: na vijfentwintig jaar werd er opnieuw een koers voor dames georganiseerd. Ik deed aan atletiek en was het gewoon om al mijn verplaatsingen met de fiets te doen. Aan de overkant woonde er een jongen die nog bij de junioren had gekoerst. Die had voor de lol tegen zijn vader gezegd dat ik ging koersen. Diezelfde avond nog stond die man aan onze deur met een koersfiets in de hand. ‘Hier, Yvonne, die is voor jou.’ Ik legde uit dat het maar een grap was, maar hij: ‘Komaan, jij moet meerijden. Dan weten wij de zondag waar naartoe. In onze kelder staan rollen, je mag daarop trainen.’

Die eerste koers kwam aan op de piste van Walem. Ik won die meteen en zo was ik vertrokken. Het dameswielrennen was in die tijd in volle opgang. Er werden ineens her en der wedstrijden georganiseerd waar steeds meer rensters en toeschouwers op afkwamen. Drie jaar later, in 1958, vond het eerste wereldkampioenschap plaats, in Reims, op een lastig parcours. Ik kon goed klimmen, maar die dag voelde het alsof ik achterstevoren bergop reed. Acht dagen voor mijn vertrek naar het WK was mijn fietskader gebroken. Wij moesten in die tijd helemaal zelf voor onze kosten opdraaien en via via was die fiets nog in elkaar gefikst, maar niet zoals het hoorde. Uiteindelijk ben ik twintigste geworden.

In 1959 werden de wereldkampioenschappen wielrennen in Zandvoort gehouden. Maar omdat de organisatoren geen vrouwenkoers wilden inrichten, moest België in de bres springen en werd ons WK gehouden in Rotheux-Rimière, in de buurt van Luik. Het regende pijpenstelen. In een haakse bocht hadden ze zelfs strobalen moeten leggen omdat er zoveel gevallen werd. In de laatste ronde gebeurde er juist voor mij ook een valpartij. Een groepje met Beryl Burton reed weg. Ik moest naast de weg achter het publiek door, waardoor er een dametje pardoes het slijk in viel. ‘Sorry!’ riep ik vlug en zette de achtervolging in.

In de laatste bocht ben ik bij de koploopsters gekomen. Ik had gehoord dat de Britten de linkerkant van de weg zouden kiezen. Ik ben rechts weggesprongen, terwijl de anderen de Britten volgden op de linkerkant. Ik belandde in het zog van een rijkswachtmotor en hoorde de rijkswachter triomfantelijk uitroepen: ‘Une Belge en tête!’ Ik dacht: nu nog wel, aan de streep straks niet meer. Maar die motard gaf gas, ik zat uit de wind en ze zijn niet meer over mij geraakt.

Later ben ik nog driemaal wereldkampioene geworden op de weg. Toch blijft die eerste keer de mooiste.

360°

Bekijk in detail

We schrijven 1959. In de gietende regen wordt Reynders de tweede vrouwelijke wereldkampioen ooit. De pistetrui dateert van dat jaar. De regenboogkleuren op de borst en armen verwijzen naar haar wereldtitel.

Yvonne Reynders

Yvonne Reynders (Schaarbeek, 4 augustus 1937) is een Belgisch voormalig wielrenster. Ze werd zeven maal wereldkampioen, waarvan vier keer op de weg en drie keer op de baan.
serviceKoers

Uw browser voldoet niet aan de minimale vereisten om deze website te bekijken. Onderstaande browsers zijn compatibel. Mocht je geen van deze browsers hebben, klik dan op het icoontje om de gewenste browser te downloaden.