Die eerste koers kwam aan op de piste van Walem. Ik won die meteen en zo was ik vertrokken. Het dameswielrennen was in die tijd in volle opgang. Er werden ineens her en der wedstrijden georganiseerd waar steeds meer rensters en toeschouwers op afkwamen. Drie jaar later, in 1958, vond het eerste wereldkampioenschap plaats, in Reims, op een lastig parcours. Ik kon goed klimmen, maar die dag voelde het alsof ik achterstevoren bergop reed. Acht dagen voor mijn vertrek naar het WK was mijn fietskader gebroken. Wij moesten in die tijd helemaal zelf voor onze kosten opdraaien en via via was die fiets nog in elkaar gefikst, maar niet zoals het hoorde. Uiteindelijk ben ik twintigste geworden.
In 1959 werden de wereldkampioenschappen wielrennen in Zandvoort gehouden. Maar omdat de organisatoren geen vrouwenkoers wilden inrichten, moest België in de bres springen en werd ons WK gehouden in Rotheux-Rimière, in de buurt van Luik. Het regende pijpenstelen. In een haakse bocht hadden ze zelfs strobalen moeten leggen omdat er zoveel gevallen werd. In de laatste ronde gebeurde er juist voor mij ook een valpartij. Een groepje met Beryl Burton reed weg. Ik moest naast de weg achter het publiek door, waardoor er een dametje pardoes het slijk in viel. ‘Sorry!’ riep ik vlug en zette de achtervolging in.
In de laatste bocht ben ik bij de koploopsters gekomen. Ik had gehoord dat de Britten de linkerkant van de weg zouden kiezen. Ik ben rechts weggesprongen, terwijl de anderen de Britten volgden op de linkerkant. Ik belandde in het zog van een rijkswachtmotor en hoorde de rijkswachter triomfantelijk uitroepen: ‘Une Belge en tête!’ Ik dacht: nu nog wel, aan de streep straks niet meer. Maar die motard gaf gas, ik zat uit de wind en ze zijn niet meer over mij geraakt.
Later ben ik nog driemaal wereldkampioene geworden op de weg. Toch blijft die eerste keer de mooiste.
Met Neupré, een gemeente vijftien kilometer ten zuiden van Luik, is KOERSbus aangekomen in Wallonië. In Rotheux-Rimière, deelgemeente van Neupré,...