De voorbeschouwingen maakten duidelijk dat het WK op de weg van 1974 alles behalve een zondagsritje zou zijn en tot de zwaarste naoorlogse edities zou behoren. De zeventig geselecteerde profs kregen op 25 augustus in Montréal een titelstrijd met een totale afstand van 262,5 km voorgeschoteld. Goed voor 21 ronden van 12,5 km in het centrum van de Canadese stad.
Naast beklimmingen zoals de nijdige aanloop naar Springdale Street, de helling naar de universiteitscampus en de twee kilometer lange klim van Mont Royal zaten in het parcours ook afdalingen met heel wat haarspeldbochten.
De renners zouden tijdens de wedstrijd amper tijd hebben om wat te recupereren. ‘’Met uitzondering van de 700 meter lange laatste rechte lijn hebben we nergens over het ganse traject een strook van nog maar tweehonderd meter vlak kunnen ontdekken’’, schreef Jan Cornand, journalist bij Het Volk, in een vooruitblik. Dit WK, die de opvolger van de Italiaan Felice Gimondi moest aanduiden, had alles om een slijtageslag te worden.
De deelnemers kwamen uit vijftien naties. Door een nieuw reglement mocht het land met de uittredende wereldkampioen nog een extra renner aanduiden. De regenboogtrui van Gimondi in Barcelona zorgde ervoor dat Italië met een elfkoppige selectie naar Canada kon afreizen. Daarin zaten naast de titelverdediger nog een aantal sterke pionnen zoals Francesco Moser, Franco Bitossi en nationaal kampioen Enrico Paolini.
De andere grote blokken waren België, Spanje, Frankrijk en Nederland met elk tien renners. Joop Zoetemelk en Hennie Kuiper vormden belangrijke afwezigen bij onze noorderburen. Zoetemelk was tijdens de Franse rittenwedstrijd Midi Libre heel zwaar ten val gekomen en hervatte de competitie pas in het voorjaar van 1975.
Kuiper moest in aanloop naar het WK van zijn Duitse team Rokado nog deelnemen aan de Grote Prijs van Dortmund en kon daardoor niet met de Nederlandse ploeg naar Canada vliegen. Hij vertrok later naar Montréal. De KNWU, de Nederlandse wielerbond, pikte het niet dat Kuiper niet was opgedaagd voor de vlucht samen met zijn geselecteerde landgenoten. Hij werd onmiddellijk uit de Nederlandse ploeg geschrapt en vervangen door reserve Jos Schipper.
Het Belgische team was verdeeld in de kampen Merckx en Maertens en bestond verder nog uit een aantal enkelingen. Dat had te maken met de afloop van het vorige WK maar ook met de ploegbelangen die een belangrijke rol speelden. Eddy Merckx trok naar Canada om opnieuw wereldkampioen te worden. Hij beschikte met Joseph Bruyère en Ludo Delcroix over twee ploegmaten in de Belgische selectie. De opdracht voor dat duo was duidelijk. Zich onvoorwaardelijk inzetten voor hun kopman bij Molteni.
Flandria had twee renners met Ronald De Witte die in dienst moest rijden van Freddy Maertens. Brooklyn rekende op Roger De Vlaeminck en Patrick Sercu, die als 30-jarige debuteerde op het WK op de weg. Het was helemaal geen verrassing dat de West-Vlaming meemocht naar Montréal. Hij had dat jaar drie ritten en de groene trui in de Tour gewonnen en ook drie etappes in de Giro. En dan waren er nog de eenlingen Herman Vanspringel (MIC), Roger Swerts (IJsboerke) en Frans Verbeeck (Watney-Maes).
In 1974 lag het WK van het jaar voordien in Barcelona bij de Belgen nog zwaar op de maag. Eddy Merckx was er topfavoriet, Freddy Maertens een opkomend talent waarmee rekening moest gehouden worden. In de finale ontsnapte Merckx uit de kopgroep. Kort daarop demarreerde ook Maertens. Hij reed alleen tot bij Merckx en bleef in zijn wiel hangen.
Even later konden de Italiaan Felice Gimondi en de Spanjaard Luis Ocaña aansluiten bij de Belgische koplopers. De vier bleven samen tot aan de finish. Maertens trok de sprint aan voor Merckx maar zijn snelheid lag zo hoog dat De Kannibaal hem niet kon inhalen. Gimondi slaagde daar wel in en was de lachende derde die de wereldtitel pakte. Maertens werd tweede, Ocaña derde en Merckx vierde.
De ontknoping van dit WK zinderde na in onze nationale media en overschaduwde de wereldtitel bij de dames van onze landgenote Nicolle Van den Broeck. Merckx bleef ervan overtuigd dat hij wereldkampioen was geworden als Maertens de achtervolging niet had ingezet. Tussen de supporters van de Belgische hoofdrolspelers ontstonden verhitte discussies. De twee renners zelf hebben het pas een paar decennia later bijgelegd.
De Belgen mochten in Canada niet opnieuw falen. Een herhaling van het WK van Barcelona zou absoluut een worst case scenario zijn. Met de erfenis van die vorige editie verschenen onze landgenoten aan de start in Montréal. Zoals het wel vaker gebeurt, had dit WK ook een aantal vroege vluchters waaronder de Fransman Francis Campaner. De wedstrijd brak pas echt los in de twaalfde ronde. Net voorbij halfweg. De Italianen met Moser, Panizza en Bitossi voerden het peloton aan samen met onze landgenoten Merckx, Vanspringel en Maertens.
Toen alle ontsnapten waren opgeraapt, trok de Fransman Bernard Thévenet in de aanval. In één ronde bouwde hij al een voorsprong uit van bijna anderhalve minuut. Freddy Maertens en de Italiaan Constantino Conti gingen op zoek naar de Fransman. Ze kwamen niet tot bij Thévenet maar bleven wel in de aanval. Met een Belg voorin zat Merckx gevangen in het peloton. De afspraak na het WK van 1973 was dat geen enkele Belg nog achter een landgenoot zou gaan.
Wat er toen met Freddy Maertens gebeurde, zorgde voor een onverwachte wending. ‘’Jef D’Hont was mijn verzorger. Hij had een frigobox voor me klaargemaakt met mijn drinkbussen’’, liet Maertens over het WK in Montréal optekenen in z’n biografie. ‘’Toen ik na een bepaalde ronde aan de boxen kwam, was Jef verdwenen. Twee keer kreeg ik in de bevoorrading een bidon van Gust Naessens, de soigneur die meegekomen was in de entourage van enkele andere renners.’’
‘’Ik dronk gulzig van het drankje. Een ronde verder kreeg ik krampen.’’ Door hevige diarree moest Maertens de koers verlaten. Jaren later zou Gust Naessens aan Maertens vertellen wat er tijdens dat WK in Canada precies was gebeurd. ‘’Ik heb je daar serieus liggen gehad. Ik heb die dag laxeermiddel in jouw bidon gedaan.’’
Het wegvallen van Maertens zette het licht op groen voor Merckx. Samen met een ijzersterke Vanspringel begon hij aan de jacht op Conti en Thévenet. De Italiaan werd vlug ingerekend. Vanspringel heeft zich naar eigen zeggen de ziel uit het lijf gereden om de voorsprong van de Fransman ongedaan te maken. Thévenet hield bij het begin van de slotronde nog een voorsprong van 36 seconden over. Hij reed 120 km alleen voorop maar werd op 6 km van het einde van de wedstrijd gegrepen.
Tijdens de laatste beklimming van Mont Royal ontbond Eddy Merckx zijn duivels en pakte uit met een splijtende demarrage. Enkel Raymond Poulidor kon in zijn spoor volgen en aanpikken. De twee koplopers reden samen richting de finishlijn op de Boulevard Edouard Montpetit. Tijdens de sprint kwam Merckx twee keer uit het zadel om te versnellen.
Dat was voldoende om de 38-jarige Fransman achter zich te laten en opnieuw wereldkampioen te worden. Poulidor deed zijn bijnaam van Eeuwige Tweede alle eer aan en moest tevreden zijn met de zilveren medaille. Het brons ging naar een andere Fransman, Mariano Martinez.
De Kannibaal, die in 1964 al zegevierde in het WK bij de amateurs, veroverde in Montréal zijn derde regenboogtrui bij de beroepsrenners. Alfredo Binda en Rik Van Steenbergen waren tot dan toe de enige profs die drie keer het wereldkampioenschap op de weg hadden gewonnen. Met zijn zege in Canada vervoegde Merckx de legendarische Italiaan en Rik I op de erelijst als recordhouder. Nadien zouden enkel de Spanjaard Oscar Freire en de Slovaak Peter Sagan daar ook nog in slagen.
Merckx had in het voorjaar van 1974 geen enkele klassieker gewonnen. Hij zette dat jaar wel de Giro, de Ronde van Zwitserland, de Tour en het WK op zijn palmares. En dat voor een renner waarvan sommigen al beweerden dat hij ‘’serieus op zijn retour’’ was.
In Montréal werd van de eerste tot de laatste kilometer hard gekoerst. De Franse ploeg zette onverwacht een sterke prestatie neer en was op alle fronten aanwezig. Campaner zat in de eerste ontsnapping, Thévenet tekende voor de lange vlucht en Poulidor en Martinez stonden naast Merckx op het podium.
Dat het parcours loodzwaar was, bewees het aantal deelnemers dat de finish bereikte. Slechts achttien van de zeventig gestarte renners hebben de wedstrijd uitgereden. Vanspringel, die een verdienstelijke zesde plaats behaalde, en Merckx waren de enige Belgen die over de eindstreep kwamen.
Een dag vóór de mannen stond in Montréal het WK van de elite dames op het programma. De wereldtitel ging naar een Franse renster. Na een wedstrijd van 50 km, 4 ronden van 12,5 km, was Geneviève Gambillon de sterkste in een sprint met vijf. Ze klopte Baiba Caune uit de toenmalige Sovjet-Unie, de Nederlandse Keetie van Oosten-Hage, de Britse Beryl Burton en onze landgenote Mariette Laenen, die net naast het podium viel en als vierde eindigde.
Na haar zege in eigen land in 1972 werd de Française Geneviève Gambillon voor de tweede keer wereldkampioene op de weg. België had met titelverdedigster Nicolle Van den Broeck, Mariette Laenen, Linda Rombouts en Christiane Goeminne vier rensters naar Canada gestuurd. Zowel Laenen (4e), Van den Broeck (8e) als Goeminne (10e) konden beslag leggen op een plek in de top 10.
CORNILLIE, P. Het WK wielrennen, 100 sterke verhalen over de regenboogtrui, Lannoo, 2021
GODAERT, J., JANSSENS, R. en CAMMAERT, G. 75 jaar wereldkampioenschap wielrennen, Universal Cycling, 2001
JACOBS, R. en MAHAU, H. Het verhaal van de regenboog, van de Nurburgring tot Zolder, de Eecloonaar, 2002
MAERTENS, F. en OSSELAER, F. Freddy ! Waarom het liep zoals het gelopen is, Borgerhoff & Lamberigts, 2017
VAN EYLE, W. Wereldkampioen ! De strijd om de regenboogtrui (1927-1984), Uitgeverij De Fontein, 1985
VANSEVENANT, J. Eddy Merckx, de biografie, Uitgeverij Kannibaal, 2015
WAUTERS, B. Belgische regenbogen, Borgerhoff & Lamberigts, 2021
BLANCKE, A. De zes voor Montreal, Het Volk, 19 augustus 1974
BLANCKE, A. Wat toen was en nu verwacht wordt, Het Volk, 21 augustus 1974
CORNAND, J. Mont Royal zal zweet kosten, Het Volk, 7 augustus 1974
CORNAND, J. Het gevaar komt weer uit Italië, Het Volk, 12 augustus 1974
JEUNIAU, M. In Montreal is het ieder voor zichzelf !, Sport 70, 28 juli 1974
VAN DEN BREMT, H. Vier Belgische dames in WK op de weg, Het Nieuwsblad, 24 augustus 1974
s.n., ‘’Lijst van wereldkampioenen wegrit elite mannen’’ Wikipedia, geraadpleegd op 25 juli 2024, https://nl.wikipedia.org/wiki/...
s.n., ‘’Wereldkampioenschappen wielrennen 1964’’ Wikipedia, geraadpleegd op 30 juli 2024, https://nl.wikipedia.org/wiki/....
s.n., ‘’Wereldkampioenschappen wielrennen 1974’’ Wikipedia, geraadpleegd op 30 juli 2024, https://nl.wikipedia.org/wiki/...
s.n., ‘’Controverse op het WK : heibel tussen landgenoten’’ Sporza, 28 september 2015, geraadpleegd op 5 augustus 2024, https://sporza.be/nl/2015/09/2...
Hermien Vanbeveren, ‘’Koersen alse en vrije vogel. Het verhaal van drievoudig Belgisch kampioen Mariette ‘Prutske’ Laenen’’ Service Koers, 26 april 2023, geraadpleegd op 1 augustus 2024, https://servicekoers.be/verhal...
Daar zat hij dan, aan zijn voor de gelegenheid opgezette standje in een E.Leclerc in Chantonnay, de Vendée. Raymond Poulidor, ‘l’éternel second’...